Klachtprocedure ex art. 41 Wet Bopz; ongegrond bevonden klachten tegen dwangbehandeling als bedoeld in art. 38 lid 5 Wet Bopz; beoordeling door de rechter op de voet van art. 41a: toetsing ‘ex tunc’ van de rechtmatigheid van dwangbehandeling en toetsing ‘ex nunc’ van de voortzetting, maatstaf; mogelijkheid tot schadevergoeding op grond van art. 41b. Cassatieberoep ontvankelijk ondanks verstreken machtiging door belang bij schadevergoeding.